|
![]() |
Dieren in de tuin
Vogels, vlinders, egels, bijen, lieve-heers-beestjes. Allemaal bekende verschijningen die ons helpen in onze leefomgeving. Zij vangen schadelijke belagers van onze tuin of zorgen voor bestuiving van bloemen. Op hun beurt kunnen onze vrienden soms onze hulp gebruiken. Hoe? Door ze bij te voeren of een schuil-, of nestelplaats te bieden. Allereerst behandelen we de grootste groep, namelijk de vogels. Het voeren van vogels kan het gehele jaar, want het zijn echte topsporters. 's Winters moeten ze zich op temperatuur houden, in het voorjaar een nest bouwen en eieren leggen, hun territorium verdedigen en jongen grootbrengen en in het najaar een reserve opbouwen voor de winter. Welk voer wanneer? In de winter kunnen de vogels weinig insecten, bessen en zaden vinden. Vooral niet bij vorst en sneeuw. Zij zoeken in deze periode gemakkelijker onze omgeving op voor voer. Om hun lichaam op temperatuur te houden (40 graden Celsius) kost dat veel energie. U kunt daarom beter 2 keer per dag voeren, namelijk 's morgens als ontbijt en 's middags (om de nacht mee door te komen). We voeren nu echt winterkost, namelijk stooivoer (zadenmengsels met maïs, pinda, zonnebloempitten en kleine zaden), vetbollen (alleen geschikt voor onder de 7 graden Celsius in verband met bederven), pinda's (ongepelde of ongebrande) en fruit. In de winter is water onmisbaar. Vogels hebben dit nodig om te drinken maar ook om in te badderen. Als het heel hard vriest en er geen sneeuw ligt, kunt u ook geschaafd ijs geven. Geef geen warm water. Vogels die hierin badderen kunnen hierna bevriezen. In de lente geven we geen vetbollen (deze bederven nu snel met de hogere temperaturen) en pinda's meer (zijn ongezond voor de jongen). Hooguit wat zaden en fruit geven. In de zomer idem als de lente. In de herfst komen de vogels weer dichterbij huis en gaan weer op zoek naar de plekken waar wat te halen valt. Nu beginnen met voeren van strooivoer, fruit en brood en u heeft weer stamgasten voor de winter. Wat moet u niet voeren: Melk. Dit is voor vogels niet te verteren. Margarine en olie. Dit tast de waterdichtheid van de veren aan en werkt laxerend. Gezouten of gebrande pinda's (ongebrande pinda's zijn geen probleem) en noten. Bevatten giftige stoffen, teveel vet en zout. Verder nog wat voertips:
Wat eet welke vogel? Strooivoer : Dit bestaat meestal uit een mengsel van onder andere zaden, maïs (gehakseld), pinda's (ongebrand) en zonnebloempitten. Bruin brood (zonder boter want dit is slecht voor ze) : Bij voorkeur kruimels geven is voor alle soorten geschikt. Grote stukken trekt ook grote schrokkers aan als meeuwen en kraaiachtigen. Fruit (Appel, peer, banaan, druif), schillen en klokhuizen: Algemeen gewaardeerd door vogels, maar vooral lijster, merel, koperwiek, kramsvogel en spreeuw. Geen kleine stukjes geven in verband met kans op verslikken bij vorst. Meelwormen : Roodborst, pimpelmees, winterkoning en boomkruiper lusten graag verse meelwormen. Verzadigd vet (Kaas, reuzel, ongezouten frituurvet of rundvet): Algemeen gewaardeerd door vogels, maar vooral mezen. Veelal in de vorm van een vetbol. Gekookte ongezouten rijst en aardappelen, etensresten: Algemeen gewaardeerd door vogels, maar vooral merel, lijster, kramsvogel, koperwiek, spreeuw, mussen, vink en groenling. Let op: bederft snel. Gewelde krenten en rozijnen: merel, lijster, kramsvogel, koperwiek en spreeuw. Ongebrande en ongezouten pinda's, spekzwoerd, vetbollen: Mezen, specht, boomklever en boomkruiper. Nestkasten ophangen Nestkasten voor onze gevleugelde vrienden zijn er in diverse uitvoeringen en voor verschillende (vogel)soorten. Winterkoning, koolmees, pimpelmees, mus, zwaluw, boomkruiper hebben hun eigen nestkast. Zie hiervoor de webshop.Waar moet u op letten bij het ophangen van de verschillende kasten:
Wat kunnen we doen voor onze andere vrienden? Egels houden van een beetje rommelige tuin. Een hoekje met wat oude spulletjes om onder te kruipen of een nest te bouwen. Een beetje afgevallen blad maakt het helemaal compleet voor de egel. U kunt de egel natuurlijk ook helpen met een egelmand (zie webshop). Egels kunt u voeren met een schoteltje water (geen melk, dit is slecht voor ze) en wat kattenbrokjes. De egel komt dit 's nachts oppeuzelen samen met slakken die de egel in uw tuin tegenkomt. Voor meer info over de egel klik hier. Vlinders zijn eerst rupsen geweest, dus als we vlinders willen zullen we ook rupsen moeten tolereren. U kunt vlinders lokken door stukjes zoet fruit neer te leggen. Zie hiervoor ook onze vlinder voederschaal. Verder zorgen voor voldoende struiken en bloemen. Hang ook een nestkast voor vlinders op. Zie hiervoor onze webshop. Bijen en hommels zijn bijzonder nuttig voor ons. Zonder bijen en hommels geen bestuiving van gewassen en dus mislukte oogsten. Gevolg: honger. Voor bijen en hommels mogen we wel extra ons best doen dus. Veel verschillende planten aanplanten die voor hen aantrekkelijk zijn, zoals klimop, fruit, lavendel, kruiden. Als nestplaats zijn er speciale kasten te koop in onze webshop. Vleermuizen kunt u ook lokken door een speciale nestkast voor vleermuizen op te hangen. Zie hiervoor onze webshop. Vleermuizen komen na zonsondergang tevoorschijn en vangen dan allerlei insecten. Lieve-heers-beestjes zijn een veel geziene en welkome hulp in de tuin. Lieve-heers-beestjes en dan met name hun larven, vangen immense hoeveelheden bladluizen weg. Proeven hebben aangetoond dat ze dit beter doen dan bestrijdingsmiddelen. Voor deze hulpjes in de tuin zijn er ook nestkasten om in te overwinteren. Zie de webshop. Eekhoorns zul je alleen in bosrijke gebieden aantreffen. Zijn aanwezigheid kun je lokken met een nestkast of met een speciale voerkast. Zie de webshop. |
![]() Nestkast ![]() Koolmezen ![]() Pimpelmees ![]() Merel ![]() Koolmees en groenling etend ![]() Egelmand ![]() Hangende bij ![]() Vlinderkast ![]() Vlindervoeder schaal ![]() Insectenhotel |